Enquête "onderzoek verwervingskosten en inbrengwaarde bij gebiedsontwikkeling"
Het Ministerie van BZK is een onderzoek gestart naar verwervingskosten en inbrengwaarden bij gebiedsontwikkeling, uitgevoerd door adviesbureau Brink. Het onderzoek bestaat uit een enquête onder gemeenten en een onderzoek naar de historische ontwikkeling van de waarde van de grond op een aantal woningbouwlocaties. Hierbij nodigen wij u uit om deel te nemen aan de enquête. Het is de bedoeling dat de enquête wordt ingevuld door één of meer medewerkers van de afdeling grondzaken of stadsontwikkeling van de gemeente.
Aanleiding
Uit een onderzoek dat in opdracht van het Ministerie van BZK is uitgevoerd blijkt dat de verwervingskosten en inbrengwaarden op woningbouwlocaties in de afgelopen jaren aanzienlijk zijn gestegen. Tijdens een rondetafelgesprek met de VvG en enkele adviseurs is geconstateerd dat de prijs van grond die vermoedelijk een bestemming voor woningbouw zal krijgen vaak al vele jaren vóór de vaststelling van het bestemmingsplan begint te stijgen. Grond wordt door de oorspronkelijke eigenaar of door een grondhandelaar doorverkocht tegen een hogere prijs dan de gebruikswaarde op dat moment, ook zonder dat waardeverhogende werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het is echter niet bekend in hoeverre dit soort grondtransacties heeft bijgedragen aan de stijging van de verwervingskosten en de inbrengwaarden op woningbouwlocaties. Het Ministerie van BZK wil daar meer inzicht in krijgen omdat de hoge verwervingskosten en inbrengwaarden tot tekorten leiden die een belemmering vormen voor de woningbouw.
Doel onderzoek
Doel van het onderzoek is inzicht verkrijgen in hoe de waardeontwikkeling van ingebrachte gronden zich kenmerkt bij gebiedsontwikkelingen in Nederland, bezien vanaf het initiatief tot en met het sluiten van een overeenkomst tussen partijen.
Daarnaast wil het ministerie inzicht verkrijgen in de invloed (en mogelijke problematiek van) oplopende verwervingskosten en inbrengwaarden (voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan) op de (financiële) haalbaarheid van de gebiedsontwikkeling.
Specifiek kijken we naar de mate waarin druk op de financiële haalbaarheid resulteert in:
- een wijziging van het te realiseren vastgoedprogramma;
- een bijstelling van de kwaliteit van het plangebied; en/ of
- de aanvullende inzet van publieke middelen.
Tot slot analyseren we welke lessen op hoofdlijnen te destilleren zijn uit het onderzoek ten behoeve van de ontwikkeling van het grondbeleid.